Het is de zesde zoombijeenkomst over het boek, ‘Een nieuw scheppingsverhaal, een planetaire autobiografie’. Ik zit klaar met links van mijn computer een plant, een potje met bloeiende krokusjes, en rechts een grote natuursteen uit de tuin. Bij de uitnodiging werd speciaal voor deze avond gevraagd om dit dichtbij je te hebben.
Na het inchecken leest Yvonne een aantal passages uit haar boek die op een heldere manier de vier lichamen duiden; het fysieke vaststoffelijke lichaam, het fijnstoffelijke ether- en astraallichaam en het Ik.
Ik ben vooral bekend met mijn fysieke lichaam, het is duidelijk voelbaar en waarneembaar. Ik kan het aanraken en als ik heb gesport kan ik voelen welke spieren ik heb gebruikt. Het etherlichaam, het energetisch lichaam dat het fysieke lichaam bij elkaar houdt, vind ik lastiger om waar te nemen. Ik ben er nog niet goed bekend mee en dat geldt ook voor het astraallichaam.
We onderzoeken de vier lichamen door ons af te vragen hoeveel % we in eerste instantie in ons fysieke lichaam zijn, het fysieke lichaam ervaren. Ik span eerst al mijn spieren aan en kan me dan voor 85% een fysiek lichaam voelen. Ik kan het voelen, aanraken, ik kan het zien, ernaar kijken, ik kan het horen. Ik kan via mijn huid de grenzen voelen van dit lichaam.
Het bewust beleven van mijn etherlichaam vind ik lastiger. Ik snap dat dit lichaam voor de samenhang in mijn lichaam zorgt. Ik heb in het verleden ervaren dat ik bij te veel stretchen het gevoel kan hebben dat ik ‘uit elkaar val’, dat ik een soort trekpoppetje, een marionetje, word. Ik moet er soms moeite voor doen om de samenhang in mezelf te bewaren of bewaken. Het etherlichaam heeft in combinatie met mijn fysieke lichaam een vorm van koestering nodig, mezelf omarmen en bij elkaar houden.
Het astraallichaam ervaar ik nog niet heel concreet als lichaam. Ik voel me als ik me daarop richt meer opgenomen in een grotere astrale wereld. Mijn kruinchakra staat makkelijk open en via dit chakra komt de astrale wereld in me binnen.
Ik stond laatst met gemaaid gras het paard van de buren te voeren. In het oogcontact met dit paard ervaar ik een andere wereld, een onuitgesproken nieuwsgierigheid naar elkaar. In die verbinding denk ik ook de astrale wereld te ervaren en iets van mijn astraallichaam.
Het Ik ervaar ik vooral als ik contact heb met mijn belofte. De belofte om ‘met tederheid en oog voor schoonheid, vanuit de rust, focus en beweging te brengen’. Met die woorden ben ik me bewust van mijn eigenheid. De eigenheid van mijn ziel, verbonden met de bron.
Na dit doorlopen van de lichamen benoemt Yvonne nog waarom we een plant en een natuursteen mee moesten nemen. We kwamen er niet aan toe om er bewust mee te werken. Maar dat was omdat ons fysieke lichaam een relatie heeft met de minerale wereld, de natuursteen. Ons etherlichaam heeft een relatie met de plantenwereld en het astraallichaam met de dierenwereld (zoals ik ervaarde met het paard). Ons Ik heeft een relatie met ons als mens en de mensen om ons heen.
Het was weer een mooie avond met een boeiend thema.
Een thema dat ik graag verder wil uitdiepen.
Bekijk hier meer blogs