de podcast bij deze ontdekking

Van angst naar vertrouwen: “Rust voor de patiënt èn de arts”

Ik ben in gesprek met Anneke Jaarsma over het project ‘Van angst naar vertrouwen’ in een kinderziekenhuis. Anneke werkt als algemeen kinderarts. Ik leer van dit gesprek dat het ‘fijnstoffelijke’ in dit project gaat over de bewustwording dat ‘de zachte kant’ een belangrijke, zo niet essentiële plek naast de’ harde, technische kant’ heeft in te nemen. Daarmee komt de patiënt echt centraal te staan en krijgt de arts de rust, ruimte en ontspanning om zich te concentreren op de ingreep.

Luisteren naar het kind

Anneke: ‘ik werk als algemeen kinderarts en zorg, samen met de arts-assistenten, de verpleegkundigen en alle andere betrokkenen, voor de kinderen die in de kinderkliniek zijn opgenomen. Op zo’n manier dat de zorg in goede banen geleid wordt en dat gedaan wordt wat er gedaan moet worden.

Daarnaast probeer ik zoveel mogelijk dingen op te pakken en te veranderen, waarvan ik denk dat die beter kunnen in het belang van het kind of in het belang van medewerkers. Steeds in kleine beetjes.

Voor mij betekent het project ‘van angst naar vertrouwen’ dat de kinderen die hier komen, zodanig behandeld worden dat ze het idee hebben dat we naar hen luisteren. Hoe jong ze ook zijn en dat zij de overtuiging hebben dat wat wij doen in hun belang is. Bij de oudere kinderen kun je dat met woorden bereiken, bij de groep daaronder door ze af te leiden en ze te laten zien dat het vanzelf goed komt.’

Je moet soms even doorpakken?

‘Ik was in mijn werk geneigd mijn verstand voorrang te geven en te denken: “Ik moet nu deze ingreep doen en we moeten maar even doorpakken”. Dat is met de paplepel ingegoten, dat kan heel nuttig zijn maar er waren ook momenten dat ik dacht “dit voelt gewoon niet meer goed, dit is niet meer in proportie. Dit is te veel, bij dit kind is gewoon niet meer duidelijk dat dit in zijn of haar belang is. En daar moeten we iets anders kunnen doen.”

Bij de Prosa-cursus die we in Limburg volgden, kreeg ik nieuwe inzichten. Er werden echt handreikingen gegeven hoe je het anders kan doen. Voor heel veel herkenbare situaties werden oplossingen aangedragen. Een simpel voorbeeld is het plakken van verdovende pleisters, dat deden we al, maar niet consequent en we lieten het kind daar niet voldoende vertrouwd mee raken. We spraken en leerden over hoe belangrijk het is om contact te maken met kind, juist ook met oog op eventuele vervolgtrajecten. En heel essentieel: het kind de regie geven bij het prikken, we leerden hoe je dat doet, zonder dat het je tijd kost.’

Tijd

‘Wat er - vroeger - werd ingegoten is dat je moet opschieten, “dat softe gedoe kost maar tijd”.

Op deze cursus werd echt getoond dat het je juist tijd oplevert, als tijd al een factor zou zijn. Daarmee lijkt het weer om ons te gaan als dokters, dat het je tijd bespaart als we het op deze manier doen, maar dat is een bijkomend effect.

Kinderen, hoe jong ze ook zijn, kunnen echt meewerken, als je maar op hun niveau dingen aanbiedt.’

Taal doet ertoe

‘We zijn nu doordrongen van het belang van het taalgebruik, positief taalgebruik. Het vermijden van het woord prikken of zeggen “dit doet geen pijn”. Ik zeg nu “we gaan het infuus aanleggen, dat is dit slangetje en dat gaat gebruikt worden om jouw medicijnen te geven waar je beter van wordt”.

Als het kind dan vraagt, “hoe ga je dat doen” of “ik wil het zien”, dan laat ik het zien. Dan laat je wel de naald zien, maar de kinderen zijn dan alsnog heel blij omdat ze begrijpen dat de naald maar even in hun lichaam zit. Als je maar aanhaakt op wat het kind op dat moment wil weten en horen.’

Rust in de ruimte

‘We werken met ‘één stem’, dat betekent dat één persoon met het kind praat, dat is dan het enige wat er in de ruimte gebeurt. Daarmee geef je het kind begeleiding waar die naar toe wil in zijn/haar gedachten.

Dat geeft mij als degene die de ingreep uitvoert de mogelijkheid om die ingreep te doen. Waarbij vooraf is afgesproken wat ik wel en niet moet zeggen en dat volg ik. Ik vind dat voor mezelf heel fijn, want dat geeft je met elkaar een heel duidelijk plan, rust. Ik vind het heerlijk.

Het mooie is dat degene die met het kind praat het kind iets positiefs laat beleven en dat geeft mij ook een positief gevoel, ik word daar ook door beïnvloed en het geeft zo’n rustige serene sfeer. Er is gewoon geen gedoe. Het helpt mij te ontspannen.’

Mijn gevoel klopt

‘Ik sta mezelf nu toe om wat ik al wist toe te passen en daarvoor de tijd te nemen. Wat niet altijd door mijn leermeesters op deze manier is voor gedaan. Ik weet nu, ik ga het op deze manier doen want het is gewoon beter. Mijn gevoel klopt.

Het was fijn dat ze op de cursus heel overtuigend en evidence based naar voren brachten dat deze manier van werken echt helpt. Dat helpt mijn wetenschappelijke kant als dokter dat alles bewezen moet zijn. En in de praktijk zie ik het.

Wat ik zie is dat met de getraumatiseerde kinderen het ons nu lukt ze rustiger te krijgen. Het werkt echt. Ik ben net als iedereen een heel simpel mens, als ik beloond word en ik zie de positieve resultaten, dan weet ik dat het werkt en wil ik hier verder mee. Misschien negeer ik wel een beetje de mislukkingen, maar dat mag want daarmee hou ik mezelf op de been.’

Preventief plannen

‘Mijn doel met Prosa is dat we uiteindelijk helemaal geen getraumatiseerde kinderen meer hebben. Dat we al voor dat er iets gebeurt nadenken of dit kind vaak of eenmalig gaat komen en hoe ernstig het eenmalige kan zijn. Zeker als een kind vaker moet komen, moet je van tevoren een plan maken voor het kind, zodat de angst zich niet gaat opbouwen. Je kunt niet altijd voorkomen dat er een keer iets fout gaat, maar je kunt er wel voor zorgen dat je er dan meteen iets mee doet.

Ik ben wel zo gedreven dat de mislukkingen die er nog zijn juist maken dat we een volgende stap willen doen. Dat we meer methoden willen krijgen die we kunnen gebruiken. Dat je ook de kinderen die steeds iets mee maken, nog iets beters kunnen bieden.

Ik denk dat het karakter van een kind mede bepaalt hoe die reageert op wat-ie meemaakt. En daarnaast vormen de gebeurtenissen het kind ook. Als je met oog voor al die karakters het voor iedereen een beetje de goede kant op kunt buigen dan heb je wel wat bereikt.

Sommige kinderen behouden, wat er ook met ze gebeurt, hun mentale gezondheid, dat is het aard van het beestje, daar kun je niet zoveel fout doen. En er zijn er ook, ook al gaat er niets verkeerd, het bij hen mentaal toch veel impact heeft. Ik hoop dat we de grote groep daartussen steeds beter bereiken.’

Is er iets veranderd in jouw rol door deze methodiek?

‘Enerzijds hoop ik dat wel en anderzijds hoop ik dat niet. Ik hoop dat het nu duidelijk is hoe belangrijk we allemaal zijn en dat je met elkaar deze setting maakt. Dat de dokter niet iemand is die even komt binnen vliegen en dat die belangrijk is. Dat is volstrekt weg nu. Ik hoop natuurlijk ook dat ik dat altijd al zo deed.’

Is daarmee de patiënt nu echt centraal?

‘Dit is wel een onderdeel daarvan en dat is wel een omslag geweest. Bijvoorbeeld alleen al doordat verdovende zalf moet inwerken, betekent dat je pas na een uur kan prikken. Dus dat maakt al dat je daar jouw eigen schema voor moet aanpassen. Je kan het niet even tussendoor doen.

Het vraagt een andere flexibiliteit en je bent je met elkaar heel bewust van de taakverdeling en dat je allemaal even belangrijk bent in het belang van de patiënt.

Bewustwording maakt ruimte voor verdere ontwikkeling

Er is in een korte tijd bewustwording gekomen en er is nu ruimte om te kijken wat we verder kunnen doen. Zowel op de harde – medicatie kant, als de zachte kant. De zachte kant, zoals het positieve taal gebruik, het afleiden, kunnen we nog verder uitbouwen. De arts is er voor de medicatiekant, en heeft ook feeling te hebben voor de taalkant en daarvoor de ruimte te bieden.'

'De arts heeft ‘de zachte kant’ te regelen, aan te bieden, weten dat het bestaat en essentieel is.’

Deze ontdekking is beschreven door:

dialoog

verder ontdekken

Blogs, interviews, podcasts, kleine en grote ontdekkingen 
met steeds de verwonderde focus op het tastbaar en toepasbaar maken van het fijnstoffelijke in het dagelijks samen leven en werken...

contact maken